Himachal Pradesh 1997
28 JUNI
Goed en wel een uur op bed gelegen vannacht. En maar weer opgestaan zonder
ook maar even te slapen. Gisteravond nog even de laatste dingetjes gedaan,
nog twee sollicitatiebrieven op de post gedaan, een halve makreel buiten
weggegooid en alles wel dertig keer gecontroleerd.
Om kwart voor drie komt de schipholtaxi voorrijden. Op de minuut af op
tijd.
Een meisje zit al in de taxi op weg naar haar vriend en nieuwe huis in
Milaan. Geen vakantie maar verven en behangen. We moeten nog twee passagiers
ophalen onderweg. Bij de eerste stop in Hoogeveen begeeft de auto het.
Na enig heen en weer gebel komt er redelijk op tijd een wegenwacht die
de zaak weer snel aan de gang krijgt. Keurig op tijd op Schiphol.
Air India heeft zoals gewoonlijk vertraging. Drie kwartier volgens de
berichten. We zullen wel zien.
29 JUNI
Het is 31 graden in Delhi en geen Rahim te zien in de mensenmassa bij
de deur van het vliegveld. Wat moet ik nu? Bellen? Een man is zo vriendelijk
om mij een muntje te geven. De verbinding is slecht, een vrouw aan de
lijn verstaat mij niet en hangt weer op. Ik heb verder geen muntjes. Het
telefoonkantoortje is alleen voor internationaal bellen. Wat nu?
Ik loop wat zoekend in de broeierige mensenmassa rond. Een hotel reserveren?
Maar waar? Iedereen wil wel wat van mij, maar ik wel liever alles in eigen
hand houden. Alleen, het lukt me niet. Uiteindelijk ga ik toch maar met
een jongen die me al een tijdje achterna loopt mee. In de taxi naar een
onbekend hotel. Eerst moet ik mee naar een kantoortje waar voor mij gebeld
wordt. Dan maar mee om kamers te bekijken. Ik voel mij niet echt op m’n
gemak. Ik weet ook niet waar ik ben of terecht zal komen. Maar midden
in de nacht in Delhi heb ik ook geen keus en daar maakt iedereen heerlijk
gebruik van. De eerste twee simpele hotels wijs ik af wegens een veel
te hoge prijs. De derde neem ik maar, na nog wat af te hebben gedingt,
voor een veel te hoge prijs, omdat ik onderhand bekaf ben. Een veel te
dure taxi, een slecht en duur hotel. Oh jee, denk ik nu.
Niet echt goed geslapen. Door het tijdsverschil, de moeheid en het lawaai
van de airco. Ook kruipen er mieren in m’n bed. En ik voel mij niet
op mijn gemak in dit hotel. Het slot in de deur valt er bijna uit. Een
bekend, vervelend gevoel bekruipt me.
Rahim gebeld. Hij is er niet maar komt zo weer terug. Als ik een tweede
keer wil bellen doet de telefoon op de kamer het niet meer. Ik probeer
het bij de receptie. Ze proberen mij wijs te maken dat het nummer afgesloten
is, maar daar trap ik niet in. Als ik het zelf probeer neemt Rahim gelukkig
op. Hij heeft m’n kaartje met vluchtnummer en aankomsttijd niet
ontvangen. Maar goed, binnen een kwartier is hij bij het hotel, waar ik
in de hal klaar sta om te vertrekken. Ik moet opeens nog tax betalen en
ik probeer er nog onderuit te komen, maar denk ook van betalen en wegwezen.
Opgelucht vertrek ik met Rahim. Eerst even thee drinken op z’n kantoor,
dan naar huis, lekker op bed liggen.
Rattan maakt een toer door Delhi met een Nederlandse moeder en zoon. Ik
zal hun vanmiddag bij de thee ontmoeten. Leuk.
Moeder en zoon komen binnen net als ik weer wil opstaan. Even later komt
ook Rattan binnen. Heel leuk om hem weer te zien. Ook wel even wennen.
Thee te drinken met z’n allen. Rahim onderhandelt met moeder en
zoon over een tocht met de auto naar Jaipur en Agra. Uiteindelijk komen
ze tot een compromis.
‘s Avonds bier drinken op het balkon met Rahim en Rattan. Gezellig.
Ik had mij voorgenomen om niet over geld en prijzen te discussiëren,
maar het is toch onvermijdelijk. Eten en naar bed. Het is warm maar uiteindelijk
val ik toch in slaap.
30 JUNI
Lang in bed gelegen. Maar toch is het eigenlijk nog maar half negen Nederlandse
tijd. Ontbijt op het balkon. Een beetje praten met het driejarige dochtertje
van Rahim, Ulfat geheten. De vrouw des huizes blijkt de zus te zijn van
de vrouw die er vorig jaar was. Ze lijken op elkaar en ik had eerst niet
door dat zij iemand anders was, die ik nog niet eerder ontmoet had. Dit
is Sweetie, de vrouw van Rahim. Hij heeft ook nog een zoontje, zoals later
blijkt. De zus van Sweetie is met de kinderen in Kashmir.
Hamid, de cousinbrother, heeft een Duitse herderpup gekocht en zit daar
de hele dag mee om te tutten. Het moet uitgroeien tot een echte waakhond
voor de boot in Kashmir.
De hele dag verder niet veel gedaan. Op het balkon gezeten, een wandeling
door de buurt gemaakt. In een parkje op een bank weer wat uitgerust. ‘s
Middags weer een dutje. Aan het eind van de middag is het wat koeler en
is het lekker zitten op het balkon. Rattan komt nog even langs en vertrekt
voor het eten naar huis. ‘s Avonds voor de tv gehangen. Ik voel
mij wel prettig en minder moe nu.
1 JULI
Na het ontbijt met Rahim naar z’n office. Ik zal met Rattan naar
het postzegelmuseum. We denken het eerst niet te kunnen vinden, maar als
we bij een groot postkantoor de weg willen vragen blijkt het daar te zijn.
Nergens hangt een uithangbord of iets, dus je moet dit maar net weten.
Het is leuk om alle oude Indiase zegels te zien. Ook Nederland is vertegenwoordigd
met voornamelijk postzegels uit de jaren vijftig.
Weer terug naar de office. Ik maak een korte wandeling rond Connaught
Place en ga koffie drinken bij het Palace Restaurant vlak naast hotel
Metro, waar ik vorig jaar gelogeerd heb. Koffie heb ik de hele dag nog
niet gehad. En het restaurant is lekker koel, bijna koud.
Om vier uur met Rattan mee naar huis. Leuk om z’n zoon die vorig
jaar vlak na mijn vertrek geboren is te zien. Ik maak wat foto’s
van vader, moeder en zoon. Drink wat bier met Rattan. Ik voel mij nog
steeds wel relaxed in de hitte. We gaan samen eten in een restaurantje
in de buurt. Dan brengt hij mij weer terug naar Rahim’s huis.
Nog een hele tijd met Rahim op bed zitten kletsen. Tegen twaalven gaan
slapen.
2 JULI
Weer de hele dag niets gedaan. Een korte wandeling in de buurt. Aan het
eind van de middag naar kantoor om een deal te sluiten, zoals afgesproken.
Verder moet Rahim maar zien. Ik vind het een vrij groot bedrag en ik kan
nog steeds niet inschatten wat redelijk is. Rahim laat het aan mij over.
Hij wil geen bedrag noemen. Dat is best, maar ik wil vooraf duidelijkheid
over de betaling en geen gezeur achteraf over geld.
De deal is gesloten. Het blijft vervelend dat geldgedoe. Wel merk ik dat
ik het prettig vind bij Rahim. Hij is vriendelijk. Iedereen in huis gaat
z’n eigen gang. Het is een heel ongedwongen sfeer. Ik merk ook dat
ik weer onzeker wordt van Rattan z’n wispelturige gedrag. Bij hem
thuis gisteravond was het leuk, maar z’n stemming kan zo weer omslaan.
Als Rahim bijvoorbeeld vraagt of hij met mij mee wil gaan naar de bank
vlakbij om geld te wisselen heeft hij opeens rugpijn en geen zin. Ik moet
mijn eigen gevoelens ten opzichte van hem goed in de gaten houden en mij
niet te veel mee laten sleuren met zijn stemmingen. Ik hoop dat dat lukt.
3 JULI
Vandaag vertrekken we om een uur of half elf. Het is heel heet. Het is
een tocht van zo’n zes of zeven uur rijden richting Chandigargh.
We slapen in een goed staatshotel in de buurt van Chandigargh, Panchkula.
Een kamer met tv en een goeie douche. ‘s Avonds rijden we naar een
tuin bij Pinjore ongeveer 10 kilometer verderop. We komen eerst bij een
tempel met een tuin, waar veel mensen rondlopen. Het is een mooie plek,
maar blijkt niet de bedoelde tuin te zijn. Geeft niet, we zoeken weer
verder. Even verderop is de tuin. Heel groot en mooi verlicht. In het
restaurant eten we wat en gaan op tijd weer terug naar het hotel. Op bed
kijken we naar de tv.
4 JULI
Na het ontbijt gaan we op weg naar Shimla, de hoofdstad van Himachal Pradesh.
Het wordt een tocht van vier uur. Het is even zoeken naar een hotel, want
ik wil nu even niet meer als 300 roepies betalen. Een jongen van de straat
opgepikt die ons een aantal hotels laat zien. De vierde besluit ik maar
te nemen. Het is een simpele kamer zonder douche, maar het zal wel gaan
denk ik. Ik rust wat uit terwijl Rattan naar de kapper gaat en bier haalt.
Als hij terugkomt doen we wat spelletjes die ik heb meegebracht, drinken
we bier. Noch even wandelen naar een restaurant en slapen daarna.
5 JULI
Redelijk uitgerust ben ik nu, ook al was het zelfs wat koud in bed vannacht.
Shimla ligt duidelijk wat hoger. Overdag is het hier warm, bijna 25 graden,
maar ‘s nachts koelt het af.
We wandelen rustig richting het centrum, gaan met een lift omhoog en komen
op een leuke plek uit, the Mall, waar veel mensen wandelen. Mooi uitzicht,
veel oude Engelse huizen, een prettige, gemoedelijke sfeer. Je ziet hier
nauwelijks westerse toeristen. Je kunt ze op een hand tellen. Na een kopje
soep en wat zitten wil ik naar de Hanumantempel. Het is een hele klim,
de berg op. Waarom bouwen ze tempels toch altijd hoog boven op een berg?
De weg is ook nog vrij steil. Af en toe bijna niet vol te houden in de
hitte. Hoe hoger je komt, hoe koeler het wel wordt. Eindelijk komen we
boven bij de tempel. Veel apen overal. De tempel zelf stelt niet zoveel
voor, maar het is prettig om hier even te zitten, een sigaretje te roken
en wat rond te kijken. Hierboven is het nu zelfs een beetje koud en mistig.
Weer naar beneden, terug naar het plein. Koffie gedronken op hetzelfde
terras. Ik val in het zonnetje bijna in slaap. Om een uur of vijf wil
Rattan opeens naar de bioscoop. Ik heb het de hele dag al gevraagd of
‘ie wou, maar hij zei aldoor nee. Nu opeens dus wel. Ik vind het
prettig dat we iets apart doen. Rattan naar de bioscoop, ik naar het hotel
voor een dutje.
Voor achten is Rattan al weer terug in het hotel. De film vond hij niet
echt leuk en hij is voortijdig weggegaan. Nog een korte wandeling naar
een restaurant in de buurt. We vinden een restaurant wat net op een bloemenwinkel
lijkt. De plek is mooi en het eten lekker. Vooral de bak spinazie met
gekookte aardappels. Lekker om even iets te eten wat naar thuis smaakt.
Terug in het hotel. Rattan kijkt eindeloos tv. Ik ga maar slapen.
6 JULI
Goed geslapen vannacht. Vandaag wil ik de Chadwick Falls, een waterval
in de buurt, bezoeken. We rijden eerst naar Summer Hill, vijf kilometer
buiten Shimla. Dat is op zich al moeilijk te vinden met alle kronkelwegen
en geen enkele richtingsborden op de weg. Vanaf Summer Hill is het nog
slechts twee kilometer. We rijden maar wat en niemand heeft ooit van de
Chadwick Falls gehoord. Maar we blijven stug door rijden. Uiteindelijk
staat er ergens in een bocht bij een winkeltje een bord met een pijl naar
de waterval. Je kunt vanaf hier lopen of anders nog een eind met de auto
doorrijden. Rattan wil natuurlijk niet lopen dus hobbelen we voort over
de vreselijke weg. Rattan vindt de hele zoektocht maar niks en ik ben
af en toe bang dat de auto het zal begeven. De weg wordt alsmaar erger.
Op een gegeven moment wil Rattan niet meer verder rijden. Er is nu ook
een wandelpaadje en we besluiten verder te gaan lopen. Na honderd meter
wil Rattan ook niet meer verder lopen. Er is hier niets of niemand. Dat
ik dat juist prachtig vind zegt hem niets.
Om dat ik mij een beetje schuldig voel gaan we maar weer terug met de
auto over het hobbelige pad de berg weer op. Bij het bord met de pijl
wil ik nu lopend proberen om bij de waterval te komen. Rattan wil niet
lopen en ik vind het best als hij bij de auto blijft wachten. Ik ga in
ieder geval wel. Al lopend zak ik de berg weer af en Rattan loopt toch
wel mee. We komen weer op hetzelfde paadje terecht waar we al eerder waren.
Nu zetten we door. En Rattan maar zeuren over het loerende gevaar en de
stilte. Ik vind het nog steeds prachtig hier en leg hem uit dat beren
vooral besjes eten en tijgers niet van mensenlucht houden. En de rovers
die toeristen overvallen, nou ja, dan moet je wel erg pech hebben. Eindelijk
komen wij bij de waterval aan en ik begin vreselijk te lachen. “An
elephant comes more out when he does pipi”, zegt Rattan boos. Het
is inderdaad maar een heel klein watervalletje. De moesson moet nog op
gang komen. Rattan is bang omdat hier niemand te bekennen is. Ik vind
het nog steeds een prachtige plek en maak wat foto’s.
Om weer terug naar de auto te gaan moeten we nu de hele berg weer omhoog.
Het is een hele klim, maar toch wel de moeite waard.
Bij de auto uitrusten met een cola en weer terug naar het hotel. Onderweg
komen we langs een worstelgala in de open lucht. Ik ga even kijken en
wordt direct naar de eretribune geloodst. Leuk, maar helaas is m’n
fotorolletje op. Terug naar het hotel voor een hapje en een dutje.
‘s Avonds niets bijzonders.
7 JULI
Vandaag gaan we naar Kulfri ongeveer vijftien kilometer ten oosten van
Shimla. In de winter is dit een geliefde plek om te skiën. Ook de
rest van het jaar is Kulfri een toeristische trekpleister. Er staan veel
minibusjes overal en er zijn veel toeristen. Je kunt hier paardrijden
en zelfs op een yak een tochtje maken. Maar daar heb ik geen zin aan.
Er is een dierentuin, maar die blijkt gesloten op maandag. Er zijn een
aantal plekken in de buurt waar je heen kunt, maar de weg is zo verschrikkelijk
slecht dat je eigenlijk wel een paard moet huren. Iedereen dringt zich
aan mij op en ik heb al geen zin meer. Ik twijfel nog even of ik een ritje
op een yak zal maken. Dat is toch wel weer een aparte ervaring. Maar ik
vind deze plek te toeristisch en ik wil weer weg. Halverwege de terugweg
drinken we nog wat en maken een korte wandeling.
‘s Avonds weer in de bloemenkiosk gegeten. En naar bed. Morgen vertrekken
we richting Mandi.
8 JULI
Eerst naar de bank om geld te wisselen. Rattan baalt van de hele klim
die we moeten maken om bij de bank te komen. Het duurt allemaal erg lang
en tegen enen vertrekken we pas. De jongen van het hotel lift mee. Hij
moet ergens in de buurt van Mandi zijn. Ik vind het wel goed voor Rattan
dat hij even iemand anders heeft om mee te kletsen.
De tocht naar Mandi duurt lang maar is prachtig. Het is hier ook weer
een stuk warmer dan in Shimla. Een hotel in Mandi is redelijk snel gevonden.
Aan een leuk plein staan een stuk of wat hotels. Een paar kamers bekijk
ik en de derde, met balkon en prachtig uitzicht op het plein, neem ik.
En de tv voor Rattan doet het ook.
‘s Avonds op het balkon drinken we een fles whisky die ik onderweg
gekocht heb. Rattan wordt een beetje dronken en ik ben zelf ook niet zo
helder meer. We bestellen dinner op de kamer. De volgende dag werkt de
whisky nog wat na.
9 JULI
Niet veel gedaan vandaag. Een korte wandeling opzoek naar een restaurant
voor breakfast/lunch. Wat rondkijken bij de winkelpromenade op het plein.
En zitten op het balkon. Aan het eind van de dag nog rondgekeken bij wat
oude tempeltjes aan de oever van de rivier.
10 JULI
Vandaag gaan we naar het Rewalserlake vierentwintig kilometer verderop.
Het is prachtig weer en een mooie tocht. Het meer is wel grappig. Het
zit vol met dikke vissen die je kunt voeren. Ook wat apen springen er
rond om wat van het voer mee te pikken. We maken nog een bezoekje aan
de plaatselijke dierentuin. Heel vervallen. Twee beren, twee herten en
twee steekegels. Verder nog een hok met ganzen. Nog even een blik werpen
op een Tibetaans klooster en een gurudwara en weer terug naar Mandi.
Tandoorikip eten op het balkon en een klein flesje whisky drinken. Rattan
haalt tot twee keer toe een nieuw flesje en nu ben ik zelf een beetje
dronken. Vroeg naar bed.
11 JULI
Op naar Kulu. Ik voel me niet zo fris door de whisky van gisteravond.
En het regent een beetje, waardoor alles heel grauw lijkt. Het is gelukkig
niet meer dan twee uur rijden. We logeren in een leuk klein hotelletje.
Rattan verrekt weer van de honger en gaat ergens wat eten. Ik wil even
rustig op bed liggen. Aan het eind van de middag maak ik een wandeling
door Kulu. Ik vind er niet veel aan. Bouwvallig, vies en geen sfeer. Ik
denk dat we morgen maar beter door kunnen rijden naar Manali.
12 JULI
Het is ongeveer anderhalf uur rijden naar Manali. Aan het begin van de
stad staan een paar goede hotels. Een jongetje spreekt ons aan en wil
ons een kamer laten zien. Kijken kan geen kwaad en hij rijdt mee en wijst
ons de weg. We komen bij een hotelletje wat half in aanbouw is. De kamer
op zich is redelijk en er is een tuin. Maar vanwege het nog te bouwen
restaurant moet ik een beetje lachen. Rattan zegt er wat van en ik schaam
mij ook wel een beetje.
Het is niet mijn bedoeling om de jongen met z’n kamer uit te lachen.
Ik zeg dat ik toch eerst nog wat andere hotels wil zien voordat ik een
beslissing neem. Zeer beduusd kijkt het jongetje ons na.
Aan de grote weg ligt het British Hotel. De kamer die ik te zien krijg
vind ik niet goed genoeg voor de 1200 roepies die ze er voor vragen en
eigenlijk ook veel te duur. We rijden door en komen in het centrum van
Manali terecht. Dat bevalt mij toch beter. Een groot hotel met parkeerplaats
kies ik uit. De prijs is wat duurder, maar dat wil ik nu ook wel eens.
Een wat betere kamer en een mooi restaurant. Inchecken, koffiedrinken
en Rattan verrekt natuurlijk weer van de honger.
We gaan op zoek naar een restaurant, een hapje en daarna wat wandelen.
We klimmen omhoog naar de Hadimba Devi tempel. Een tempel in een mooi
bos. We wandelen nog verder en komen uiteindelijk bij een leuk theehuisje
hoog in de bergen met veel bloemen rondom en een mooi uitzicht. Op de
terugweg komen we wat kennissen van Rattan tegen en ik probeer mij enigszins
sociaal te gedragen. Ik neem zelfs de tijd om uitgebreid tapijten te bekijken
in een winkeltje, als ik daartoe uitgenodigd word.
Terug in het hotel ben ik best wel moe van de mooie wandeling Bier drinken,
eten in een Japans restaurant.
13 JULI
Opstaan. Koffiedrinken. Breakfast in hetzelfde restaurant als gisteren
om een uur of half twaalf. Ik wil op zoek naar de heetwaterbronnen van
Vashist. We wandelen drie kilometer langs de hoofdweg richting Rohtang
pas. Het is mooi zo naast de enigszins woeste rivier de Beas. Na drie
kilometer moeten we de berg op naar het dorpje Vashist. Ik vind het heel
mooi, oude houten huizen, koeien en stro.
De heetwaterbronnen zijn op een binnenplaatsje bij een tempel. Mannen
en vrouwen kunnen hier gescheiden een bad nemen. Ik ga eerst maar even
aan de kant zitten om te kijken wat er gebeurt. Er lopen wat mensen heen
en weer. Dan loop ik naar het mannengedeelte en werp een blik naar binnen.
Een stuk of tien jongens zitten in hun onderbroek in een niet al te aantrekkelijk
bad. Het lijkt meer een troebele vijver. Ik was al niet van plan om hier
een bad te nemen, maar het trekt nu ook niet bepaald.
We eten een hapje en wandelen weer terug. Rattan vindt het hier maar niks
vanwege de vele neo-hippies die hier rondlopen. We krijgen een discussie
over normen en waarden en respect voor andere culturen, maar hij blijft
beledigd door het in zijn ogen obscene gedrag van de neo-hippies.
Terug in het hotel. Koffie, bier en een persoonlijk gesprek, Tijdens dit
soort gesprekken merk ik toch duidelijk de emotionele en rationele cultuurverschillen
tussen ons, die niet goed te begrijpen en te verwoorden zijn.
Eten in een toeristenrestaurant.
14 JULI
Rattan heeft geen zin aan lopen vandaag. Ik wil naar Old Manali, het oude
gedeelte van de stad de berg op. We rijden met de auto de weg langs tot
het einde. Daar is een dakterras naast een nieuwere tempel. Het is er
nu lekker zitten, omdat er vandaag geen zon is. Ook hier veel neo-hippies.
Maar minder mooie huisjes en sfeer dan in Vashist. Het lijkt allemaal
erg vervallen, vies van de koeiestront en nat door de moesson. Ik maak
alleen een korte wandeling nog verder de berg op. En we rijden weer terug.
Nogmaals naar de Hadimba Devi tempel waar een mooi, schoon bos is waar
je tegen betaling van entree kunt wandelen. Daarna eten en vanwege de
regen vandaag weer terug naar het hotel.
Rattan wil cricket kijken op tv, maar de electriciteit valt voortdurend
uit. Ik wil een dutje doen en Rattan gaat naar buiten. Praten met een
andere chauffeur. Tussen half negen en negen uur zou Rattan weer terugkomen.
Om kwart over negen is hij er nog niet. Ik wil niet gaan zitten wachten
tot hij terugkomt en denk er aan om dan maar alleen naar een restaurant
te gaan. Dan komt ‘ie toch nog opeens de hotelkamer binnen. Hij
heeft flink whisky gedronken met een stel andere chauffeurs en wil in
het hotel op de kamer eten. Daar heb ik geen zin aan en ik wil toch ergens
heen gaan. Hij gaat wel mee en ik merk dat ik een beetje geïrriteerd
raak door zijn gedrag, maar vind dat ik daar niets van mag zeggen. Hij
mag ook best lol hebben met de andere chauffeurs. Moeilijk maakt het dat
hij toch voortdurend doet wat hij denkt dat ik wil, ook wanneer ik hem
vraag wat hij zelf wil en duidelijk zeg dat hij het zelf moet weten.
We eten in een ander restaurant. Hier zijn voornamelijk Indiërs als
gast. Na het eten wandelen we nog naar een hotel waar een bevriende chauffeur
met twee toeristen logeert. Het blijkt een aardig Frans stel te zijn.
We blijven vrij lang zitten praten en het is gezellig en lachen met z’n
vijven.
Tegen twaalven naar ons hotel terug en naar bed. Ik probeer direkt te
gaan slapen en Rattan probeert op tv cricket te kijken.
15 JULI
We gaan met de auto naar de Rohtang pas op vier duizend meter hoogte.
Het is een lange, prachtige tocht. Rocky en z’n Franse stel gaan
ook met hun Ambassador. Hoe hoger je komt, hoe kouder het wordt en door
de wolken is het overal vrij mistig. Eigenlijk kun je niets zien. Hoog
verdwijnen ook de bomen en we rijden door een grimmig landschap van rotsblokken.
Vanwege de mist lijkt het mij beter om maar terug te gaan, maar Rattan
houdt vol. Bijna bij de pas huren we onderweg wat jassen en laarzen, want
het is nu wel erg koud buiten. Op sommige plekken ligt zelfs ijs. Bovenaan
gekomen is door de mist helaas geen uitzicht en het regent/sneeuwt een
beetje, maar ik ben blij dat we deze tocht hebben afgemaakt. Tijdens de
terugweg naar beneden klaart het een beetje op en kunnen we toch nog genieten
van het prachtige uitzicht.
‘s Avonds komt Rocky in onze hotelkamer whisky drinken. Ik vind
het leuk dat Rattan hem uitgenodigd heeft. Als Rocky weer weg is begint
Rattan over heimwee naar Delhi en hij huilt bijna. Ik voel mij niet lekker
bij deze situatie. Om tien uur valt hij slaapdronken van de whisky op
bed pardoes in slaap. Ik voel me ook helemaal niet prettig nu, nu hij
weer z’n vrouw en zoon mist. Ik drink nog wat whisky en als ik naar
bed ga sla ik m’n arm om hem heen.
16 JULI
De weg naar Dharamsala vind ik te lang voor een keer dus ik wil via Naggar
naar Mandi om daar in hetzelfde hotel te overnachten. In het hotel in
Mandi worden we vriendelijk begroet en op onze kamer praten we over onze
gevoelens. Ik voel mij ook weer beter en het balkon in Mandi vind ik heerlijk
om te zitten, bier te drinken en te praten met Rattan.
17 JULI
Naar Dharamsala. Het is met pauzes onderweg wel zes of zeven uur rijden.
We vinden al snel een simpel guesthouse met een prachtig balkon en uitzicht.
’s Avonds eten in het hotel en verder uitrusten.
18 JULI
Rattan wil de hele dag cricket kijken op tv. Dat vind ik prima nu. Ik
maak een flinke wandeling de berg op en kom bezweet weer terug. Een dutje,
een hapje. En relaxen. ’s Nachts regent het verschrikkelijk.
19 JULI
McLeod Ganj is het gedeelte waar de Tibetanen leven. We bezoeken de residentie
en klooster van de Dalai Lama. Alle monniken zijn net bezig met een oefening
en het is wel indrukwekkend om te zien.
Rattan vindt het allemaal maar niks. Hij verveelt zich en telt de dagen.
Af en toe vind ik dat niet erg, maar soms vind ik het wat teveel. Ik begrijp
hem best, maar ik wil niet m’n stemming laten verpesten. Als hij
weer uitgebreid begint wil ik boos worden. Maar misschien valt het wel
weer mee. Hij gaat anders met z’n gevoelens om dan ik. Heeft meer
een houding van laat maar waaien.
20 JULI
Vanochtend na het ontbijt hoor ik opeens een harde knal. Blijkt er een
te volgeladen vrachtauto omgevallen te zijn precies voor de deur van het
hotel. Als we later weg willen gaan moeten we eerst over de puinhoop klimmen.
Nogmaals McLeod Ganj. Ik wil naar het Dal Lake. De autorit is mooi, het
meer stelt niet zoveel voor ook al is het heilig. Als we weer teruggaan
stoppen we onderweg om de auto te wassen. Althans, Rattan wast z’n
auto en ik kijk er naar. Als we weer verder gaan begint het verschrikkelijk
te regenen. We zijn vroeg in het hotel en drinken flink bier. Eten, praten,
lekker.
21 JULI
Terug naar Delhi, maar met nog een stop onderweg in Bilaspur. Een goed
hotel. Veel bier, eten op de kamer en naar bed. Bij het opslaan van het
laken blijkt het hele bed onder de kruipende beestjes te zitten en op
de vloer kruipt nu ook van alles. Ik ben onderhand wel wat gewend in India,
maar dit wordt mij te gek. Ik loop boos naar de receptie en eis een andere
kamer. De duurste en beste voor dezelfde prijs. Rattan vindt mij een beetje
overdreven reageren, maar weet dat ik niet zo gauw klaag, dus laat hij
mij maar. Toch nog een goede nachtrust.
22 JULI
Terug naar Delhi. Een tocht van wel tien uur. Om zeven uur zijn we in
Rahim’s huis. De familie heeft zich intussen uitgebreid. De vrouw
van Shaffy is er nu ook met twee zoontjes en dochter en het zoontje van
Rahim. En de moeder van Shaffy is ook meegekomen. Een klein, dik mens
dat rondtrippelt, af en toe in een hoekje uit een bakje rijst eet of in
de hal aan haar waterpijp lurkt.
Als Rahim thuis komt zijn daar ook nog Hamid en Ibrahim en een vriend
uit Kashmir. En alles en iedereen loopt door elkaar. Op tijd naar bed
en goed geslapen.
23 JULI
Om half een naar de film met Ibrahim. De film is in het Hindi maar het
verhaal is zo internationaal dat ik het wel kan volgen. Ik zit dan ook
de hele film drie uur uit.
’s Middags nog een wandeling gemaakt, een boek gekocht over H.P.
en weer terug naar huis. Bierdrinken op het balkon met de Kashmiri-man.
Een leuk gesprek. Eten en naar bed.
24 JULI
Ik voel mij prima in Rahim’s huis, maar het is er toch wel erg goor.
Er liggen al uren drollen in de WC, de hal is smerig. En niemand die zich
ergens wat van aan trekt. De hond piest op het balkon. Muizen schieten
voorbij. Een paradijs voor bacteriën.
Met Ibrahim naar de office. Ik moet mijn vliegticket herbevestigen bij
Air India om de hoek. Rattan is er ook. Na Air India zet hij me af bij
de ZOO. Ik ga alleen wel weer terug. Morgen gaan we naar Mathura.
25 JULI
M’n verjaardag vandaag. We gaan naar Mathura. De rit duurt slechts
drie uur, maar het is hier behoorlijk heet.
Mathura lijkt als stadje aardig, maar er blijken geen hotels of restaurants
te zijn. M’n gids vermeldt slechts één hotel aan de
buitenkant van de stad, dus keus heb ik niet. Het is tot nu toe het meest
prijzige hotel van de hele vakantie.
Uitrusten van de hitte verder.
26 JULI
Niet veel gedaan vandaag. De hotelkamer is lekker koel. En ’s avonds
zwemmen in het zwembad.
27 JULI
Toch nog even wat gezien van Mathura. Een boottocht gemaakt op de Yamuna.
En een ritje naar Gokul. Weer snel weg wegens te veel opdringerige kinderen
en gidsen. Rattan schaamt zich voor mij, maar af en toe kan ik daar gewoon
niet tegen.
28 JULI
Het is nu wat uitzitten. De kamer is lekker koel en ik hoef ook niet zo
nodig ergens heen. Toch nog twee uurtjes buiten de hotelkamer doorgebracht.
Mooie, oude steegjes bij de ghats. Maar overal vreselijk heet.
29 JULI
Weer terug naar Delhi. Het einde nadert nu en in de auto zijn we allebei
stil. In Delhi vraagt Rattan of ik nog wat in Delhi zelf wil zien. Ik
wil nog naar de Lotustempel, die was vorig jaar gesloten. En ik wil een
foto maken van de ijzeren pilaar bij de Qutab Minar. Die schijnt nooit
te roesten. De Lotustempel is prachtig van buiten en binnen heel stil.
Een mooie plek voor meditatie.
Ik voel me zeer tevreden eigelijk. Van al Rattan zijn wilde plannen kan
ik hooguit wat financieel tegemoet komen. Dat doe ik graag, maar wel binnen
de perken.
Als ik volgend jaar weer kom zien we wel verder.
30 JULI
Wachten bij Rahim thuis en mezelf voorbereiden op de lange vlucht terug.
31 JULI
Ik heb een speelgoedaapje voor Rattan z’n zoon gekocht. Die is morgen
jarig. We eten in het Palace restaurant naast hotel Metro. Ik vind dat
een prettige plek. We zitten met z’n tweeën op de bovenverdieping.
Er is een vrij lange elektriciteitsstoring. Heel apart om daar zo in het
donker te zitten praten terwijl een onzichtbare ober op de achtergrond
meeluistert.
Op weg naar I.G. International Airport zijn we beiden stil. Rattan loopt
met me mee tot hij niet meer verder mag. We zwaaien.
|